Nieuwe cigarillo gerold met Belgisch geteelde tabak
België heeft een rijke tabaksgeschiedenis. De tabaksplantage werd al in de 16e eeuw aangelegd in West-Vlaanderen. Dankzij haar leemachtige grond vormt de provincie het hart van de teelt, toen en nu nog steeds. Hoewel we de gloriejaren voorbij zijn – België telt nog amper 24 tabakstelers – zoeken lokale fabrikanten opnieuw naar tabak van eigen bodem. Zo houden ze een eeuwenoude traditie in stand en ondersteunen ze de tabakstelers. Vandermarliere Cigar Family is één zo’n fabrikant. Zij lanceerden onlangs hun nieuwe cigarillo Neos Maxi, deels gerold met Belgisch geteelde tabak. Het product stelden ze voor de op de Ichtegemse velden van boer Ivan Vandaele, de boer die de tabak in kwestie kweekt.
Van Cuba naar West-Vlaamse velden
West-Vlaamse grond leent zich perfect voor tabak
De eerste tabaksplantages in ons land werden al in 1567 aangelegd in Wervik. De tabaksplant geraakte overgewaaid vanuit Spanje, waar tabak in 1492 geïntroduceerd werd door bemanningsleden van de vloot van Columbus nadat ze Cuba ontdekten en twee koffielepeltjes zaad van de tabaksplant mee naar huis namen. Dat de eerste tabaksplantage van de Lage Landen uitgerekend in Zuidwest-Vlaanderen opdook, was geen toeval. De streek leent zich perfect voor het telen van tabak. De leemachtige grond geeft een betere structuur aan de plant wat voor soepele en elastische bladvorming zorgt en dus betere rendementen per hectare oplevert.
Hart van de teelt
Vandaag de dag wordt nog steeds tabak verbouwd in België. West-Vlaanderen blijft het hart van de tabaksteelt, daar worden nog twee variëteiten verbouwd: de typische Belgische Air Cured Philippin en de Light air cured Burley met een Bursanica zaadvariëteit.
Nog 24 telers in België
Maar de tabaksteelt in Zuidwest-Vlaanderen is niet meer wat ze ooit geweest is. Met het wegvallen van de Europese ondersteuning en de hoge kosten om te telen in combinatie met de te lage verkoopprijs per kg tabak, nam het aantal tabakstelers in België flink af. Van tabak konden veel telers niet langer een winstgevende activiteit maken. Vooral voor telers die extra handen moesten inschakelen – en betalen – kromp de winst te veel. In 2021 tellen we nog amper 24 tabakstelers in België. Voor die 24 blijft de tabaksplant een familietraditie die hen nauw aan het hart ligt.
Zo ook voor Ivan Vandaele
Ivan Vandaele is een van die 24. Hij groeide op in een boerenfamilie en is al 40 jaar actief in de tabaksteelt. “Mijn eerste tabak plantte ik in mei 1980. Ik was toen 18 jaar en net afgestudeerd aan de landbouwschool. En ik moest het huis uit”, lacht hij. “Op een steenworp van mijn ouderlijk huis kon ik een boerenhof overnemen van een kennis van mijn vader – Albert Ghys. Hij was toen al 35 jaar actief als tabaksteler en het leek mij wel leuk die taak voort te zetten na hem. Samen met Albert ging ik het veld op en leerde ik alle kneepjes van het vak.”
Arbeidsintensieve teelt
Toen zijn vrouw en kinderen nog actief meehielpen, teelde Ivan tabak op maar liefst 3 hectare grond. Sinds 2009 is dat stilaan verminderd toen zijn kinderen één voor één het huis verlieten, maar hij rekent nog steeds op de hulp van jobstudenten. Tabak telen is nu eenmaal een heel arbeidsintensieve taak en een best ingewikkelde ambacht met heel wat verschillende stadia die elk bijzondere aandacht vragen. “Vroeger deden we alles met de hand”, aldus Ivan. “Planten, onderhouden, plukken – we deden alles zelf, vaak op de knieën door het veld. Tegenwoordig kunnen we gelukkig meer en meer gebruikmaken van gespecialiseerde machines die het werk verlichten.”
"Vroeger deden we alles met de hand, gelukkig hebben we nu machines die het werk verlichten"
Van generatie op generatie
Toch blijft de tabaksteelt een van de meest intensieve en traditionele teeltvormen in België. Dat maakt van deze teelt een waar ambacht in de zuivere zin van het woord. De kennis wordt vaak van generatie op generatie doorgegeven. Wie de tabaksgenen en rijke kennis niet meekrijgt van thuis uit, betaalt tegenwoordig heel veel leergeld om de stiel onder de knie te krijgen. Velen beginnen er dan ook simpelweg niet meer aan.

Binnenkort geen traditie meer van ons?
Laatste telers houden vol
Met het weinige aantal telers dat ons land nog telt en het vooruitzicht dat de kennis en traditie amper nog wordt doorgegeven aan volgende generaties, lijkt de tabaksteelt in ons land ten dode opgeschreven. Toch houden de laatste telers enthousiast vol en houden ze het hoofd boven water dankzij de hulp van de telersorganisatie Tasyca (Tabakssyndicaat van de planters van West-Vlaanderen). Tasyca gaat voor de telers aan tafel met fabrikanten om eerlijke contracten te sluiten, verleent hen ook technische kennis en ondersteuning waar nodig en zorgt ervoor dat de tabak die de boer moet aankopen bij geregistreerde plantenkwekers zorgvuldig verdeeld wordt onder de boeren. Het Tabakssyndicaat vormt dus de tussenpersoon tussen de boer en kwekers en fabrikanten.
Win-win voor teler en fabrikant
Verschillende lokale fabrikanten met hun roots diepgeworteld hier in België keren trouwens zelf terug naar de bron en de interesse in Belgische tabak flakkert opnieuw op. Net op tijd, want zowel de planter als de plantersorganisatie hebben nood aan een constructieve samenwerking met de plaatselijke fabrikanten. Deze vernieuwde afzet binnen de landsgrenzen geeft moed. De stempel van ‘lokale tabak’ heeft alles in zich om uit te bloeien tot een win-win-winsituatie voor zowel de plantenkweker, de tabaksteler als de tabaksfabrikant.
Vandermarliere Cigar Family steunt Belgische teelt
Vasthouden aan Belgische roots
Ook Vandermarliere Cigar Family (VCF), tot voor kort gekend als J. Cortès, heeft besloten de Belgische teelt te ondersteunen. De funderingen van dit Belgische familiebedrijf werden al in 1926 gelegd in – van alle plaatsen – een zolder boven de sigarenwinkel van stichter Maurits Vandermarliere in Moen. Hoewel de West-Vlaamse sigarenreus uitgroeide tot een grote speler op wereldniveau dat zich spreidt over maar liefst twee continenten, houdt de familie vast aan hun Belgische roots. Nu meer dan ooit.

Cigarillo Neos Maxi
Vandermarliere Cigar Family lanceerde onlangs hun nieuwe cigarillo Neos Maxi, gerold met onder meer tabak afkomstig van eigen bodem. Dat deden zij in intieme kring in aanwezigheid van klanten, vrienden en familie en uiteraard boer Ivan Vandaele zelf. Tussen de Ichtegemse tabaksvelden van Ivan kon men de nieuwe cigarillo ontdekken en proeven. Voor het rollen van de nieuwe Neos Maxi cigarillo’s maakt VCF gebruik van de teelt van drie boeren uit Ichtegem (Ivan Vandaele), Lendelede en Hollebeke. De nieuwe cigarillo komt in twee smaken, de blue versie met een naturel aroma en de red versie met een aroma van vanille.
